Korte Metten met Uitstelgedrag

Uitstelgedrag, iedereen kent het wel. En iedereen heeft er last van; de één wat meer dan de ander. Soms lossen zaken zich vanzelf of als je het niet direct aanpakt, dan is uitstelgedrag niet verkeerd. Vaker is het echter best lastig, blijkt in de praktijk. Als Professional organizer kom ik het regelmatig tegen bij klanten en allemaal geven ze aan zelf niet gelukkig te zijn met hun uitstelgedrag.

Wat is uitstelgedrag dan precies?
Wikipedia zegt er het volgende over:
‘Uitstelgedrag is het uitstellen van taken die men eigenlijk wil of moet doen en waarbij men weet dat het uitstel waarschijnlijk niet goed is en tot moeilijkheden of extra stress zal leiden. Daarom wordt dit soms ook irrationeel uitstel genoemd.’

Tevens is er een prachtige quote van Mason Cooley: ‘ Uitstel maakt gemakkelijke dingen moeilijk en moeilijke dingen nog moeilijker.’
Nu hoor ik je denken; dat wist ik al. Maar wat doe ik er dan aan?
Nou, dat ga ik je in dit blog vertellen!

Eerst geef ik je wat meer duidelijkheid waar uitstelgedrag vandaan komt:
– Je stelt geen of te weinig (kleinere) doelen voor de korte termijn.
– Je maakt de taak in je hoofd groter dan deze daadwerkelijk is.
– Je wilt teveel tegelijk doen, oftewel, je maakt geen of te weinig keuzes.
– Door drukte heb je geen overzicht meer
– Je motivatie ontbreekt
– Je hebt teveel afleiding
– I.p.v. die belangrijke taak aan te pakken denk je nuttig bezig te zijn door kleine onbenullige taakjes te doen.
– Door angst of stress kun je je maar moeilijk focussen
– Je weet niet goed hoe je het moet aanpakken.
– Je bent ervan overtuigt dat je juist goed werkt onder de druk van een deadline. Je overtuiging versterkt dus jouw uitstelgedrag.
– Je hebt eigenlijk weinig interesse in de klus.
– Perfectionisme; je legt de lat zo hoog dat je denkt dat je daaraan niet kunt voldoen. In de voorbereiding zorgt dit al voor een verlamming om te beginnen.

Nice to know, maar wat kun je eraan doen?
– Deel je klus op in kleinere taken en focus je op het resultaat van elke kleinere taak.
– Bepaal precies de eerste benodigde actie.
– Voorbereiding is essentieel; als je een schilderij wilt ophangen, heb je meestal een boormachine nodig maar ook het juiste boortje, pluggen en schroeven. De eerste stap is dus om te checken of dit allemaal aanwezig is. Is dat niet het geval dan is de eerstvolgende stap een bezoekje aan de bouwmarkt om de benodigdheden te kopen.
– Vervolgens bepaal je wat de volgende actie’s zullen zijn; noteer deze ook. Je maakt dus een takenlijst. Deze lijst kan een echte takenlijst zijn met alleen de punten erop genoteerd. Je kunt de lijst ook actiever maken door met werkwoorden te werken: ‘naar bouwmarkt rijden om schroeven te kopen’

Houd jij je makkelijker aan afspraken met een ander dan aan afspraken met jezelf?
– Spreek dan met een ander af wanneer jij een bepaalde taak klaar wilt hebben.
– Werk per tijd en niet per taak; spreek met jezelf af dat je 30-60 minuten aan de slag gaat met de uitvoering van jouw taak. Het doel is dan dat je aan de slag gaat en niet zo zeer dat je de taak af maakt in één keer. De focus is dus anders.
– Spreek met jezelf af welke taak je op welke dag gaat doen en noteer dit in je agenda.
– Eat the frog first; begin de dag met een taak die je lastig vind of waar je tegenop ziet. Het feit dat je deze taak achter de rug hebt zorgt ervoor dat je met een positief gevoel de rest van de dag aan het werkt kunt gaan.
– Stop met ‘als, dan…’ gedrag; kijk welke stappen je wél alvast kunt zetten.
– Verander je overtuiging dat je het beste werkt met een deadline naar een overtuiging dat je prettiger werkt als je de tijd en rust hebt om een taak af te ronden.
– Zorg ervoor dat je zo min mogelijk onderbroken wordt door anderen en afleidingen.
– Goed is goed genoeg; zorg dat je uitstekend werk verricht i.p.v. perfect te willen zijn.
– Kan iets in 2 minuten of minder afgehandeld worden? Doe het dan meteen!
– Werk zoveel mogelijk volgens jouw eigen bioritme. Ben je een ochtendmens? Doe die moeilijke klus dan direct aan het begin van de dag, wanneer je de meeste energie heb. Ben je juist een middag- of avondmens? Begin dan met wat makkelijke klusjes en doe de taken die aandacht en concentratie vragen in de middag of avond.
– Vervang ‘moeten’ door ‘willen’. Natuurlijk moeten er bepaalde dingen, maar als jij ze ‘wilt’ doen zul je zien dat je er makkelijker aan kunt beginnen. Moet die vervelende administratie gedaan worden? Je wílt dit graag achter de rug hebben en dus ga je er toch maar mee beginnen.
– Neem tussendoor pauzes; tijdens een pauze kun je terugkijken op het gedane werk en evt. je werkwijze aan gaan passen.
– Stel een beloning in het vooruitzicht voor als je de klus geklaard hebt.
– Gun jezelf ook een dag rust; hierdoor kun je er wellicht de volgende dag weer beter tegenaan.